Crisis- en spoedsituatie

Er wordt onderscheid gemaakt tussen een crisissituatie en een spoedsituatie. In geval van een crisis wordt binnen 4 uur gestart met crisishulp en bij spoed binnen 24 uur. Om te kunnen beoordelen of een situatie crisis of spoed is wordt gebruik gemaakt van de GGZ standaarden crisis en de richtlijnen van het Nederlands Jeugdinstituut.

Indien het om een of crisis- of spoedsituatie gaat, wordt er een afspraak gemaakt met het gezin om de situatie adequaat te kunnen beoordelen en te kunnen beslissen over de in te zetten hulp. Het is wenselijk dat de verwijzer hierbij aansluit omdat hij/zij het gezin al heeft gesproken en/of al onderdeel uitmaakt van de hulpverlening aan het gezin.

Over het algemeen zullen 2 crisismedewerkers naar het gezin toe gaan. Afhankelijk van de situatie bij aanmelding zullen dit crisismedewerkers zijn van Juvent of van Emergis Kind & Jeugd of een combinatie van beide. NB: Indien het veilig genoeg is kan bij spoed Jeugd-GGZ ook gekozen worden voor een poliklinische afspraak in plaats van een huisbezoek.

Afhankelijk van de situatie bestaat de te bieden hulp uit:

  • Geen crisis- of spoedhulp, er wordt overdragen aan de reguliere hulpverlening of gemeentelijke toegang.
  • Inzet ambulante crisishulp bij de cliënt thuis voor maximaal 14 kalenderdagen.
  • Crisisverblijf of een time-out in het eigen netwerk, in een pleeggezin, gezinshuis of op een locatie van Emergis of Juvent. Maximale verblijfsduur is 14 kalenderdagen.

Ambulante oplossing

Acute problemen worden zoveel mogelijk ambulant opgelost: het evenwicht in het gezin/systeem wordt hersteld; het eigen netwerk wordt betrokken; uithuisplaatsing van één of meer jeugdigen wordt voorkomen; en andere (jeugd)hulp wordt mogelijk gemaakt.

Het ambulante crisisteam heeft het mandaat om crisisverblijf in te zetten. Hierbij wordt altijd eerst afgewogen of het mogelijk is de jeugdige te plaatsen in het eigen netwerk. Alleen wanneer dit niet mogelijk is zal worden overgegaan tot een klinische opname of crisisverblijf in een pleeggezin, gezinshuis of residentiële groep. Het verblijf op een andere plek is tijdelijk en de hulp is gericht op een zo spoedig mogelijke terugkeer naar huis.

Wanneer verblijf elders noodzakelijk is dan zal ook altijd een ambulante crisismedewerker actief zijn gedurende de periode van 14 kalenderdagen. Afhankelijk van de aard van de situatie zal de ambulante hulp verleend worden door het ambulante crisisteam of de plaatsende (jeugd)hulpaanbieder.

Zorgafstemmingsgesprek (ZAG)

Het ZAG is een (digitale) overlegvorm waarin bij alle crisissen (zowel Jeugd-GGZ als jeugdhulp, ambulant en verblijf) met alle direct betrokkenen wordt afgestemd. De crisismedewerker die de triage heeft uitgevoerd, beoordeelt wat er nodig is om de crisishulp zo snel als mogelijk en uiterlijk na maximaal 14 kalenderdagen te beëindigen.

Deelnemers aan het ZAG zijn ouders, jeugdige vanaf 12 jaar, verwijzer, gemeente, crisismedewerker en indien van toepassing reeds betrokken hulpverlening. De deelname van de verwijzer en gemeente aan het overleg is noodzakelijk en essentieel voor de voortgang van de hulpverlening aan het gezin.

Gedurende de maximale crisisperiode van 14 kalenderdagen vindt er in ieder geval een ZAG plaats op de eerste werkdag tussen 15:00-17:00 en aan het eind van de crisisperiode. Zo nodig is er ook tussentijds een ZAG na 5-7 kalenderdagen.

Tijdens het ZAG worden o.a. de volgende punten besproken:

  • Perspectief en wat is er nodig om de crisis te stabiliseren en de hulp af te schalen?
  • Bespreken van reeds gemaakte afspraken (veiligheidsplan e.d.) plus ingezette hulp.
  • Het maken van verdere afspraken over vervolghulp en eventueel overbrugginszorg.

Niet anders dan voorheen, maar wel belangrijk om te weten, is het volgende:

Zorgcoördinatie

De crisismedewerker die de triage heeft uitgevoerd, zal ook de zorgcoördinatie op zich nemen. Indien er sprake is van gecombineerde problematiek (Jeugd-GGZ en Jeugd en Opvoedhulp) dan wordt onderling bepaald wie de zorgcoördinatie oppakt.

De ambulant crisismedewerker maakt vanaf de start van de aanmelding samen met het gezin en verwijzer een plan voor de crisisperiode en een advies over eventuele benodigde vervolghulp.

Buiten kantoortijden?

Buiten kantoortijden en op brugdagen verzorgt de crisisdienst van Juvent ook de bereikbaarheid voor de gemeentelijke toegangen. Dan bellen gezinnen veelal zelf met het crisistelefoonnummer met hun vragen.

De crisismedewerker zal de situatie doorspreken om een inschatting te maken van de urgentie en veiligheid van de jeugdige en het gezinssysteem om de vervolgstappen te bepalen. Vaak betreffen deze telefoontjes situaties waarin een luisterend oor, een advies en/of het maken van (veiligheids)afspraken voldoende zijn om de situatie de volgende dag verder met het gezin op te pakken.

In situaties waarin er sprake is van crisis- of spoed zal de crisismedewerker hetzelfde te werk gaan als overdag. Wanneer het een crisis- of spoedmelding betreft voor de Jeugd-GGZ zal de crisisdienst dit samen met de crisisdienst van Emergis Kind & Jeugd oppakken.

Infographic Crisishulp